Wijn met Passie en Passie voor Wijn

 

wijnproeven, zien: de kleur van wijn

Kleur van wijn

Elke wijn zijn eigen kleur, er zijn verschillende gradaties aan te geven hoe de kleur te omschrijven.

Kleur van witte wijn:

  • grijsgeel: bleker van toepassing op vaak jonge meer eenvoudige wijnen
  • geelgroen: van toepassing op jonge, levendige wijnen of meer koele wijngebieden.
  • strogeel: meer stralend geel
  • goudgeel: een volle gele gloed, vaker van toepassing op rijpe, geconcentreerde wijnen. Ook kan dit wijzen op wijnen met edele rotting.
  • bruiniggeel: wijst op te hoge ouderdom of doelbewust via gecontroleerde oxidatie (b.v. sherry).

Kleur van roséwijnen:

  • grijsroze: wat bleker van tint, voor jonge een eenvoudige rosé die heel kort op de schil heeft gelegen.
  • frambooskleur: meestal een jonge en fruitige rosé met langer schilcontact.
  • zalmkleur: een lichtgerijpte rosé.

Kleur van rode wijn:

  • donkerpaars: vaak jonge en geconcentreerde wijnen.
  • purperrood: jonge, deels ongerijpte wijnen
  • robijnrood: rode wijnen die al enigszins gerijpt zijn.
  • granaatrood: een gerijpte rode wijn
  • bruinrood: goedgerijpte wijn, soms overrijp vooral voor eenvoudiger wijnen. Complexe wijnen mogen enigszins bruinrood zijn.

De kleur van een rode wijn ontwikkelt in de tijd en onderdom. Jonge wijnen zijn vaak diep paars en met de ouderdom ontwikkelen zich de bruintonen. Afhankelijk van de druivensoort gaat de tint verandering sneller.

De Cabernet Sauvignon en Shiraz geeft veel body en tannine af en heeft ook een donkere dichte kleur. De Pinot Noir en de Merlot hebben wat minder body en tannine. Een hele bleke intensiteit wijst op een minder goede wijn.