Wijn met Passie en Passie voor Wijn

 

karakteriseren van wijn - wijn beschrijven en karakteriseren

Wijn karakteriseren en beschrijven

wijn proeven, wijn beschrijven en praten over wijn: de geur, de kleur en de smaak van wijn.
wijn proeven en beschrijven in geur, kleur en smaak
Het is handig de geur, kleur en de smaak van wijn te noteren.
notities maken van de wijn

Wijn karakteriseert zich aan kleur, geur en smaak. Bij het beschrijven van wijn kan natuurlijk een vrije terminologie gehanteerd worden, maar vaak is de vocabulaire wel enigszins vergelijkend. Een connaisseur ontwikkeld ook zo zijn/haar eigen termen.

De kleur van wijn en het uiterlijk

Vul een helder en kleurloos glas deels met de wijn en beoordeel eerst of de wijn helder is. Dit is een voorwaarde. Troebele wijn wijst meestal op een fout.
De kleur wordt beoordeeld op haar intensheid.
Witte wijnen kunnen lichtgeel of donkergeel zijn met nuances van goud of groen. De kleur van een witte wijn verdiept zich met de tijd.

Rode wijnen kunnen lichtrood of donkerrood zijn, met een heleboel nuances voor kleurbeschrijvingen: granaatrood of robijnrood etc. De kleur is niet overal hetzelfde. Jonge rode wijn of wijn gemaakt van druiven met een dikke schil hebben vaak een diepe kleur. De kleur van rode wijn verbleekt met het verstrijken van de tijd.

De geur van wijn, het bouquet van de wijn

Hij keurt het bouquet van de wijn, welke stevig, delicaat of fris kan zijn. Volle rijke wijnen zullen stevig van geur zijn. Soms zal de geur vruchten of bloemen voor de geest halen.

Om de geur beter tot uiting te laten komen, mag het glas slechts halfvol geschonken worden en laat men de wijn eerst langs de binnenwand van het glas draaien om het bouquet los te maken.

karakteromschrijvingen wijn en betekenis:

• aards, aardse wijn: paddestoelen, grond, bosgeur
• agressief, agressieve wijn: hard, zuur
• body: krachtig, veel alcohol 
complete wijn: veel smaak en aroma 
• complexe wijn: veel geur en smaak
droog: geen zoete wijn
• elegant: soepel 
• finesse: fijn afgewerkte smaak 

fluwelig: rond en zacht
groen: jong, onrijpe druiven
hard: veel zuren
knisperend: tintelend, fris
kort: geen afdronk
krachtig: wijn met body
neutraal: korte afdronk
rond: mooi geheel
scherp: veel zuren
sappig: zacht en fruitig
soepel: weinig tannine en zuur
stroef: veel tannine
stug: te veel tannine
vet: zwaar en veel alcohol
vlak: weinig zuren
vlezig: krachtig, weinig alcohol
vol: rond, intense smaak
wrang: veel tannine
zwaar: veel alcohol en/of suiker